top of page
Onze Tradities
Belofte

De belofte is een traditie bij de welpen en kabouters. Ze steunt op een van de basispijlers van scouting: Engagement, je inzetten voor anderen in de groep. De leden moeten individueel een tekst voorbereiden over hoe ze dat engagement willen aanpakken. We laten ze nadenken over hoe ze zichzelf zien in de groep en wat ze kunnen veranderen om zich meer in te zetten voor de anderen. Daarna dragen ze hun tekst plechtig voor en wordt het verbrand in het kampvuur.

Welpen en kabouters krijgen de rode welp of de groene kabouter bij hun eerste belofte als tweedejaars, en de grijze welp of kabouter voor hun belofte als derdejaars. Deze kentekens zijn een duidelijke herinnering aan de belofte die je afgelegd hebt en zullen tot het einde van je scoutscarrière telkens weer symbool staan voor je gemaakte scoutsbelofte.

"Scouting, vrije tijd die niet vrijblijvend is"

Totemisatie

In het tweede jaar jongverkenner of jonggids krijg je jouw totem. De totem is de naam van een dier met bepaalde eigenschappen omtrent jouw karakter, manier van doen of omgang met anderen. Op basis van jouw eigenschappen, krijg je dus een bepaald dier toegewezen.

Een overzicht van alle totems en bijhorende eigenschappen vind je op totemzoeker.be.

In het tweede jaar givers, wordt jouw totem nog aangevuld met een adjectief. Dit adjectief is aanvullend en heeft betrekking op één of meerdere eigenschappen die nog niet in jouw totem vervat zitten of die nog eens extra benadrukt moeten worden.

Je totem of adjectief behaal je natuurlijk niet zomaar. Iedere totemnaar begint met een uitgebreide bezinning met allerlei diepzinnige vragen. Hierna knielt hij in een ceremonie voor de Grote Manitou en wordt de bezinning voorgelezen. Als de Manitou tevreden is wordt de totemnaar zijn opdracht voorgelezen en kan hij aan het echte werk beginnen. Hij krijgt een persoonlijke, door de reeds getotemiseerde leden van de groep gekozen, opdracht die hij gedurende één nacht moet vervullen. Tijdens deze opdracht moet de totemnaar zijn creativiteit, doorzettingsvermogen en plantrekkerij bewijzen. 

 

Als hij dit tot een goed einde kan brengen, krijg je als jonggiver een totem, als giver een aanvullend adjectief. Ter aanvaarding van de totemnaam roept de getotemiseerde zijn of haar nieuwe totemnaam in de vier windstreken. Samen vormen deze namen je ‘totem’ die je meedraagt voor de rest van je leven. Het krijgen van je totem is dan ook één van de belangrijkste momenten in jouw scoutsloopbaan.

 

"O Grote Manitou, onzen Totem Sachem. 

Voor altijd krijgt gij nu dezen totem.

 't Is meer dan één, 't is minder dan één, 't is een..."

Enkele voorwaarden:

  • Om jouw totem als tweede jaar jonggiver of later in je scoutscarrière te mogen doen, moet je minstens voor het tweede werkjaar lid zijn bij onze scoutsgroep. 

  • Om jouw adjectief als tweede jaar giver of later in je scoutscarrière te mogen doen, moet je minstens 2 jaar geleden jouw totem hebben gehaald.

  • Een volledige totem kan je dus ten vroegste hebben na 4 jaar in onze scoutsgroep

Het Avondlied

Het avondlied wordt door veel groepen van Scouts en Gidsen Vlaanderen gezongen.
De originele versie van het avondlied heet "Cantique des Patrouilles" en werd in 1919 voor het eerst gezongen.

"O Heer, d' avond is neergekomen,

de zonne zonk, het duister klom.

De winden doorruisen de bomen

en verre sterren staan alom...

Wij knielen neer om u te zingen
in 't slapend woud ons avondlied.

Wij danken u voor wat we ontvingen,

en vragen, heer, verlaat ons niet!

Knielen, knielen, knielen wij neder,

door de stilte weerklinkt onze bee 

Luist'rend fluist'ren kruinen mee
en sterren staren teder.

Geef ons Heer, zegen en rust en vree. "

Scouts- en gidsengroet

De scouts- en gidsengroet is één van onze meest gebruikte symbolen. 

De drie vingers wijzen op de drievoudige scouts- en gidsenbelofte: de belofte tegenover zichzelf, de andere en de wereld of god. De pink onder de duim wijst op de dienstbaarheid van elke scout of gids: de sterke beschermt de zwakke. Vroeger staken mensen ook al hun rechterhand op om te tonen dat ze geen wapen bij hadden. De scouts- en gidsengroet is geen militaire groet, geen groet van ondergeschiktheid, maar een teken dat je het goed meent met elkaar.

Wereldwijd schudden scouts en gidsen elkaar ook de linkerhand, met de pink omlaag zodat je elkaars pinken en duimen inhaakt. De dapperste Ashanti in Afrika gaven elkaar ook een linkerhand, en je moest daarvoor redelijk koelbloedig zijn, want dan moest je je schild even neerleggen.

Nesten en patrouilles

Welpen en jonggivers worden opgedeeld in respectievelijk nesten en patrouilles. Dit zijn kleinere groepen die worden samengesteld zo goed mogelijk rekeninghoudend met de wensen van onze leden. Op deze manier willen we onze leden stimuleren met iedereen een band op te bouwen alsook zorgen dat iedereen zijn kwaliteit in deze groep naar voren kan laten komen. Anderzijds worden deze groepen ook samengesteld rekeninghoudend met ieders "specialiteit" (leidinggevend, creatief, motiverend, pienter ... ) 

Welpen krijgen hiervoor een nestdriehoekje in hun nestkleur, dit naai je op je linker mouw. Jonggivers krijgen een patrouillelint in hun patrouillekleur, dit wordt gedragen aan de linkerschouder.

De patrouilleleider deelt de lintjes plechtig uit aan haar leden.

bottom of page